Momzilla is het zat: ga weg met die winter, ik wil lente!

We hebben nog zes lange weken te gaan voordat het lente wordt en daar word ik erg wanhopig van. ’s Winters ben ik namelijk niet zo’n leuke moeder. Dan wil ik het liefst alleen maar slapen. En dat is niet zo gezellig.

Ik weet niet hoe het met jou zit, maar voor mijn gevoel duurde januari een eeuwigheid. Januari is de langste maand ter wereld. Wat een drama. Ik heb de eerste drie weken van dit jaar griep gehad. Het ging maar niet over. En er is nog lang geen licht aan het eind van de tunnel, want alles wat zich voorlopig voor ons uitstrekt is alleen nog maar méér kou en duisternis en regen en hagel en wind en bacillen. Daar word ik dus helemaal niet blij van. Echt hélémaal niet blij. Ik heb namelijk een bloedhekel aan de winter. En mijn kinderen inmiddels ook. Hun moeder wordt namelijk een chagrijnig stuk vreten als ze te weinig zonlicht krijgt. Een grommend, in elkaar gedoken, Gollum-achtig wezen dat na verloop van tijd alleen nog maar onverstaanbare keelklanken uit kan stoten als je ertegen praat. En, nou ja, we weten allemaal wat een lijdensweg het voor Frodo en Sam was om daar de hele tijd mee opgescheept te zitten.

De Horrormaanden

Tot en met december red ik het allemaal wel. Dan is er in ieder geval nog gezelligheid en wijn en feestjes enzo. Voor de broodnodige lichttherapie kan ik een uurtje voor de kerstboom gaan staan en er valt nog een beetje te teren op de vitamine D die ik in de zomermaanden heb opgeslurpt. Maar dan, dan breekt het nieuwe jaar aan en beginnen wat ik altijd classificeer als ‘De Horrormaanden’. Drie lange, donkere maanden vol met niks. In het donker naar je werk gaan en in het donker weer thuiskomen. Een permanent grijs wolkendek boven je hoofd waaruit afwisselend regen, natte sneeuw, hagel, of nog meer regen valt. Gebarsten lippen. Een droge, geïrriteerde huid. Virussen. Failliet gaan aan neusspray en Sinaspril vanwege die virussen. ’s Ochtends over een ijskoude overloop naar de badkamer moeten rennen en ’s avonds in een ijskoud bed moeten kruipen. Wat een marteling. En dus word ik met de dag sikkeneuriger en kan ik steeds minder hebben. Totdat het hele gezin, tot de katten aan toe, met een grote boog om me heen loopt. Want de toorn van wintermama, die wil je niet over je afroepen.

Winterdepressie

Ik heb echt wel geprobeerd mijn winterdepressie te bestrijden. Sterker nog, ik heb grof geschut ingezet: een kneiterdure wake-up light, weekendjes weg naar plekken met meer zon, een Nintendo Switch met de nieuwste Zelda om de donkere dagen op weg te gamen, een eerstelijns psycholoog die niet vergoed werd, dus je kunt niet zeggen dat ik mijn best niet heb gedaan. Maar het zet geen zoden aan de dijk. Zodra mijn melatoninelevel begint te stijgen is er geen redden meer aan: ik verander in een kopie van de Zwelbast uit Ollie B. Bommels ‘Als je begrijpt wat ik bedoel’. Briesend stamp ik rond, zonder genade voor wie of wat er op mijn weg komt. Het is dan ook zaak dat mijn man en kinderen op hun tenen om mij heen sluipen en op strategisch getimede momenten een bordje eten of een glaasje wijn mijn kant op schuiven in een poging me enigszins tevreden te houden. Maar eigenlijk zou het voor ieders welzijn beter zijn als ze me drie maanden lang op zouden sluiten in de kast onder de trap. Niet in de laatste plaats voor mijn eígen welzijn dus.

Zomermoeder

Het is dat het niet kan, maar eigenlijk zou ik deze periode het liefst een winterslaap houden. Dat is namelijk het enige dat ik wil: slapen. Oh ja, en eten. Het liefst alleen maar dingen die gefrituurd zijn. Ik wil in bed liggen met een frituurpan op mijn nachtkastje en met niemand praten. Ik wil niet voorlezen en niet knutselen. Geen boterhammen met pindakaas smeren en geen Duplo bouwen. Niet meezingen met K3 en niet naar een natte, kledderige speeltuin om daar 300 keer met mijn peuter van een nog veel nattere, ijskoude glijbaan af te gaan. Ik ben niet gemaakt voor moederen in de winter. Ik ben een zomermoeder. Een korte broeken moeder. Een picknicken in het park moeder. Ik wil geen warme chocolademelk met slagroom, ik wil rosé met ijs, godverdomme! En anders hoeft het allemaal niet meer.

Na regen komt zonneschijn

Rustig maar, niet gelijk het AMK bellen. Want heus, ik doe mijn moederplicht ook in de winter. Ik gá van die natte glijbaan, ik blèr mee met K3 en ja, mijn kinderen krijgen ook in de winter echt gewoon brood mee naar school. Het is alleen dat het voor mijn gevoel allemaal zoveel minder jeu heeft in de winter. Dat voor mijn gevoel die wintermaanden zóveel langer duren dan de zomer. Winter, het is gewoon echt niet mijn ding. Gelukkig weet ik dat er na al die regen uiteindelijk altijd weer zonneschijn komt. En dat mijn innerlijke Zwelbast dan weer slinkt tot aaibare proporties. Ter compensatie ben ik ’s zomers bovendien altijd een éxtra leuke moeder. Zodat mijn kinderen op de herinnering daaraan dan weer de winter door kunnen. Laten we hopen op net zo’n lange, warme, zonovergoten zomer als vorig jaar, dan heb ik genoeg tijd om het goed te maken met mijn gezin. En gelukkig is het bijna Valentijnsdag. Misschien dat ik dan nu eindelijk die frituurpan krijg.